Wind, water en welzijn
Welkom op Borkum, het meest westelijke van de zeven bewoonde en de vijf onbewoonde Oost-Friese Waddeneilanden en zandplaten in de Noordzee. Deze eilanden liggen vlak voor de kust van het vasteland, zeg maar tussen de mondingen van de Eemsrivier en de Jade. Zij behoren tot het grondgebied van de Duitse Bondsrepubliek.
In dit artikel richten we ons specifiek op het hoefijzervormige Borkum, het grootste Oost-Friese Waddeneiland. Je kunt het bij helder weer vanaf de kust van de Nederlandse provincie Groningen duidelijk zien liggen. Borkum is erin geslaagd om zich een uitstekende reputatie als zeebadplaats te verwerven. Het is er in elk seizoen van het jaar goed toeven, ook voor dagjestoeristen.
Veerverbindingen
De dagelijkse verbindingen met Borkum, vanaf het vasteland, zijn goed geregeld en betrouwbaar. De boottocht op zee en de zilte lucht aan dek zijn op zich al een onvergetelijke ervaring. Vanuit de Eemshaven duurt de overtocht, op één van de vier beschikbare autoveerboten van AG-Ems, 50 minuten en per catamaran slechts 25 minuten. Vanuit de Duitse havenstad Emden doet de autoveerboot er 2 uur en 15 minuten en de catamaran 60 minuten over om de afstand naar het eiland te overbruggen.
Smalspoorlijn
Borkum is het enige Waddeneiland dat over een eigen 900 mm smalspoorlijn voor personentransport beschikt, genaamd de “Borkumer Kleinbahn”. De afstand tussen de haven van Reede en Borkum-Stad bedraagt 7,5 kilometer en de rit in het pittoreske treintje duurt slechts een kwartiertje.
Dat was vroeger wel anders. In 1879 werd dit lijntje ingezet als paardentram. Het werd aangelegd om de materialen voor de bouw van een vuurtoren gemakkelijker van de haven Reede naar de bouwplaats in het centrum van Borkum te vervoeren. Zo’n vier jaar later - in 1883 – stapte de eigenaar over op stoomtractie. In 1888 werd het spoor versterkt om zowel passagier- als goederenverkeer mogelijk te maken. Tijdens de Tweede Wereldoorlog maakte de Duitse Marine veel gebruik van de spoorlijn en beschikte zij in die periode over een aanzienlijke hoeveelheid rijdend materieel.
In 1993 werd zowel de spoorlijn als het wagenpark geheel vernieuwd. Voor tractie gebruikt het treintje nu diesellocomotieven, maar ten behoeve van de vele treinhobbyisten wordt heel regelmatig de historische stoomlocomotief “Borkum” van stal gehaald en voorgespannen. De exploitatie van de Kleinbahn is in handen van het bedrijf AG-Ems.
Activiteiten
Het kalmerende geruis van de branding, het spelen van de zilte wind door je haar tijdens eindeloze strandwandelingen, de koestering van de zon op je huid doen weldadig aan. Maar wat dacht je van het observeren van rustende zeehonden en kegelrobben op de zandbanken of op het vlak bij de kust liggende Borkums Riff? Alles draagt bij aan het proces van onthaasten en genieten.
Maar wil je je liever op een actievere manier vermaken, dan biedt Borkum talloze mogelijkheden op het gebied van sport en ontspanning. Ga bijvoorbeeld eens:
- een fietstocht maken;
- zeevissen;
- met een huifkar op pad;
- een boottocht naar de buureilanden Juist en Norderney maken;
- zeilen of surfen;
- wadlopen met een ervaren gids;
- het “Dykhus”, het gemeentelijk museum, bezichtigen;
- een wandeling op het 26 km lange en 500 m brede strand maken;
- shoppen in de Bismarck Strasse;
- heerlijk ontspannen in het wellnesscentrum “Gezeitenland”;
- in een leuk restaurantje vis- en zeeproducten proeven.
Let wel: Borkum is het enige eiland, waar wadlopen vanaf het vasteland niet mogelijk is. Dit heeft te maken met de diepe vaargeul van de Eems naar de Noordzee ten behoeve van het internationale scheepvaartverkeer.
De Waddenzee (UNESCO Werelderfgoed)
Uit het oogpunt van natuur ligt het eiland Borkum in een bijzonder rijk gebied. Diepgaand onderzoek wees uit dat de 400 km lange Waddenzee, inclusief haar eilanden, 560 verschillende soorten planten telt plus circa 10.000 levende organismen: van eencelligen tot paddenstoelen, mosselen, vissen en robben. Kortom, een waar festijn voor de natuurliefhebber!
En daar komt - voor de vogelvrienden onder ons - nog bij dat tijdens de jaarlijkse vogeltrek zo’n 10 tot 12 miljoen vogels in het voor- en najaar neerstrijken op de drooggevallen wadden om er uit te rusten en te foerageren. Deze vogels zijn dan onderweg van hun broedgebieden in Siberië, Scandinavië en Canada naar hun overwinteringsgebieden in Europa of Afrika. Hetzelfde gebeurt op de terugreis. Op Borkum vinden ze het nodige voedsel om de slopende reizen te doorstaan. Ruim 25 jaar geleden verklaarden de autoriteiten het Waddengebied tussen de Dollard en de stad Cuxhaven tot beschermd “Nationalpark”.
Omdat de Waddenzee aan drie belangrijke eisen van de UNESCO voldeed, namelijk:
- het gebied moet van bijzondere, universele betekenis zijn,
- het moet ongeschonden en goed beschermd zijn,
- het biedt een steeds wisselend panorama van eb en vloed,
besloot deze wereldorganisatie in 2009 de Waddenzee uit te roepen tot wereldnatuur-erfgoed.
"Wandelende" eilanden
Volgens de geologen hebben de eilanden nooit aan het vasteland vastgezeten. Borkum ligt op een in het prehistorische pleistoceen en holoceen gevormde onderaardse afzetting. Dat geldt ook voor de andere zes Oost-Friese eilanden, van West naar Oost:
- Juist;
- Norderney;
- Baltrum;
- Langeoog;
- Spiekeroog;
- Wangerooge;
Op deze ondergrond zetten zowel de Noordzee als de westenwinden in de loop der tijden (waarschijnlijk sinds het begin van onze jaartelling) miljoenen tonnen zand af. Je zou dus één langgerekt eiland verwachten. Dat is niet het geval, omdat de getijdenstroming tussen de eilanden te sterk is gebleven, waardoor de stroomgaten tot op de dag van vandaag in stand worden gehouden. In 1863 bestond Borkum nog uit twee afzonderlijke eilanden - Westland en Ostland – die door een kreek van elkaar gescheiden waren. Als je met het spoor van Reede naar Borkum rijdt, zie je kort na vertrek aan je rechterhand een 650 meter lang meertje, dat Tüskendörsee (het tussendoormeer) wordt genoemd en vroeger een deel van de scheidslijn tussen de twee eilanden uitmaakte.
Wist je dat de Waddeneilanden van west naar oost “wandelen”? Ze lagen oorspronkelijk veel westelijker in de Noordzee. Stormen en krachtige stromingen spoelden vele tonnen zand weg en zetten deze hoeveelheden in meer oostelijke richting weer af. Het is om die reden dat de westzijde van de eilanden voortdurend afkalfde en dat Borkum en oudere dorpjes, die oorspronkelijk in het hogere midden waren gebouwd, nu aan de westrand van het eiland te vinden zijn.
Dat geldt ook voor de andere Oost-Friese Waddeneilanden. Tegenwoordig heeft het eiland Borkum een totale oppervlakte van 3.100 hectare en is dus zelfs iets kleiner dan het Nederlandse Schiermonnikoog. De gemiddelde hoogte van Borkum is 2 meter en de kustlengte is 35,9 km.
Oorsprong van de naam
Waar komt de naam “Borkum” vandaan? Deze vraag kunnen we als volgt beantwoorden:
“Burcha Fabana” (het boneneiland) wordt voor het eerst door Plinius de Oudere en “Byrchanisa” door Strabo, in de Romeinse respectievelijk in de Griekse geschiedenis, vermeld. Daarna hult de geschiedenis van Borkum zich ruim 1.000 jaar in stilzwijgen.
In het jaar 1227 komt voor het eerst de naam van het eiland in een document voor: BORKNA, wat mogelijk is ontstaan uit het oud-noordse woord BURKN, wat “varens” betekent. De latere toevoeging “um” staat voor “huis”. Honderdzeventig jaar later - in 1398 - wordt het BORKYN genoemd. In 1554, dus nog tijdens de regering van keizer Karel de Vijfde ontvangt het eiland haar uiteindelijke naam: “BORKUM”.
De bewoners
Volgens middeleeuwse documenten hebben kruisvaarders in de jaren 1227 en 1270 het eiland Borkum gebruikt als ankerplaats voor hun schepen om gunstigere weersomstandigheden af te wachten. Het is onzeker of het eiland in die tijd al bewoond was.
Pas rond 1406 is in een geschreven en bewaard gebleven vredesverdrag met de Hanze sprake van bewoning op Borkum. Men hield zich toentertijd - blijkbaar - uitgebreid bezig met zeeroverij, om de kost te verdienen. Dat ze daarbij succesvol opereerden kan weer geconcludeerd worden uit de wens van de Hanzesteden om een vredesovereenkomst te sluiten.
Hoeveel mensen er toen op West- en Ostland woonden is onbekend, maar veel zullen er niet geweest zijn. Landbouw, veeteelt en visserij zullen onvoldoende opgebracht hebben om de bewoners en hun dieren te voeden, waardoor zij genoodzaakt waren om zich als bijverdienste bezig te houden met strandjutten en met een nóg lucratievere, maar ook risicovollere activiteit: het kapen en beroven van schepen!
Dat de Borkumers bekwame zeelieden waren, blijkt bijvoorbeeld uit Hollandse bemanningslijsten uit de 17e en 18e eeuw. Zij hielden zich bezig met de walvisjacht langs de kusten van Groenland. Menige Borkumer ingezetene voer op de schepen als harpoenier of zelfs als kapitein. In de 18e eeuw liep de Hollandse walvisvaart echter terug als gevolg van de 4e Engels-Nederlandse zeeoorlog, hetgeen tot een lange periode van werkeloosheid en armoede op het eiland leidde.
Een dieptepunt werd in 1811 bereikt: er woonden nog maar 400 mensen op Borkum. Keizer Napoleon had een kleine bezetting van Franse troepen op het eiland gelegerd, waarschijnlijk om zijn Continentale Stelsel, het verbod om met Engeland handel te drijven, kracht bij te zetten. Oost-Friesland - dus ook de eilanden voor de kust - werden bij het Koninkrijk Holland van zijn broer Lodewijk Napoleon gevoegd. Vele eilandbewoners waren inmiddels al naar het vasteland verhuisd.
In 1843 ontving Borkum enige welgestelde badgasten uit de stad Emden: het prille begin van het toerisme op het eiland. Het toerisme ontwikkelde zich tot de kurk waarop Borkum nu economisch drijft. In 1850 telde men 252 gasten. In 2011 was het aantal bezoekers al tot ruim 250.000 gestegen.
Het is niet alles rozengeur en maneschijn. In 1975 telde Borkum 8.495 inwoners. Eind 2013 was dit aantal al gezakt tot 5.132 inwoners, zodat de bevolking dreigt te vergrijzen. Veel jonge mensen vertrekken namelijk naar het vasteland. Er is te weinig bouwgrond beschikbaar, waardoor de prijzen van huizen en flats voor hen onbetaalbaar zijn geworden.
Niettemin blijft men onder alle omstandigheden kalm, overeenkomstig het motto op hun wapen: “Mediis Tranquillus in Undis” (“Rustig te midden der golven”).
Bibliografie
- www.borkum.de
- www.borkum.nl
- www.borkumlijn.nl
- www.borkumer-kleinbahn.de
- www.watthanse.de
- www.ag-ems.de
- nl.wikipedia.org/wiki/Borkum